Minder kennismigranten kiezen voor Nederland: sterke daling expats uit derde landen

Afnemende instroom van migranten
In 2024 is het aantal migranten dat naar Nederland is gekomen opnieuw gedaald, met name onder hoogopgeleide arbeidsmigranten van buiten de Europese Unie. Dat blijkt uit recente cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). In totaal vestigden zich vorig jaar 316.000 mensen in Nederland, wat 19.000 minder is dan in 2023. Bijna de helft van deze groep kwam uit niet-EU-landen, 40 procent uit EU-lidstaten, en 10 procent betrof terugkerende Nederlanders.
Hoewel de bevolking in totaal nog met 103.000 groeide – door een combinatie van geboorte, overlijden en migratie – laat de CBS-rapportage duidelijk een trendbreuk zien in de herkomst en aard van de nieuwkomers.
Sterke terugval onder kennismigranten
Opvallend is vooral de forse daling van het aantal zogenoemde kennismigranten. In 2024 kwamen er slechts 16.000 mensen met een hooggekwalificeerd arbeidsvisum naar Nederland, een daling van 26 procent ten opzichte van 2023 en zelfs 39 procent vergeleken met het piekjaar 2022, waarin de migratie sterk toenam na de coronapandemie.
Vooral het aantal hoogopgeleide Indiërs dat naar Nederland kwam om te werken in onder meer de IT-sector is sterk afgenomen. Ook uit landen als Rusland, Turkije, Zuid-Afrika en China kwamen vorig jaar minder expats.
Politiek klimaat beïnvloedt migratie
Deze neerwaartse trend valt samen met het beleid van de huidige rechtse regering, die inzet op het beperken van migratie, zowel voor werk als studie. Dit ondanks de zorgen die in het bedrijfsleven leven over de toenemende tekorten op de arbeidsmarkt.
Volgens CBS-expert Tanja Traag heeft de migratiereductie invloed op het soort nieuwkomers. “Bedrijven vragen om personeel, maar het beleid remt dat af,” aldus Traag.
Minder gebruik van internationale ontvangstcentra
De daling van het aantal expats is ook merkbaar bij de internationale ontvangstcentra in Nederland, die hulp bieden bij administratieve zaken en het integratieproces. In 2024 maakten slechts 24.400 mensen gebruik van deze diensten, tegenover bijna 33.000 in het jaar daarvoor. Deze centra zijn vooral bedoeld voor kennismigranten en hun gezinnen.
Migratiemotieven in kaart gebracht
In 2023 kwamen volgens het CBS 335.000 migranten naar Nederland. Van hen gaf 21 procent aan voor werk te zijn gekomen, 22 procent voor gezinshereniging, 12 procent voor studie en 10 procent vanwege asiel. Onder de ruim 73.000 mensen die vanwege familie naar Nederland kwamen, bevonden zich meer dan 29.000 die zich bij een partner of familielid voegden die hier al werkte – dat is zo’n 40 procent van deze groep.
Ruim 5.000 migranten volgden een familielid met een verblijfsvergunning op asielbasis (7 procent), terwijl minder dan 4.000 zich bij een studerende familielid voegden (5 procent).
Volgens Traag kan gezinsmigratie op verschillende manieren worden geïnterpreteerd. “Ongeveer de helft van de mensen die voor familie komen, doet dat vanwege een relatie met iemand die ze bijvoorbeeld in het buitenland hebben ontmoet,” licht ze toe.
Vergrijzing en krappe arbeidsmarkt blijven knelpunt
Hoewel het kabinet migratie wil terugdringen, blijven economen en demografen waarschuwen voor de gevolgen van een vergrijzende bevolking en toenemende personeelstekorten. In het eerste kwartaal van 2025 groeide de Nederlandse bevolking met bijna 21.000 mensen – een vergelijkbare toename als in dezelfde periode vorig jaar.
Ondanks de politieke druk om migratie te beperken, blijft de vraag naar gekwalificeerde arbeidskrachten bestaan. Het vinden van een evenwicht tussen controle op migratiestromen en economische noodzaak blijft daarmee een uitdaging voor de komende jaren.